Maandag 24 juni besluiten we naar Jarty Gumbez te rijden in het zuidoosten van de Pamir. Tot daar is de weg te doen. Van daaruit naar Zorkul wordt afgeraden, omdat er auto’s zijn vast komen te zitten in de modder. We zijn Murghab nog niet uit en staan bij het checkpoint of ik ontvang een bericht van Daan en Clarine. Ze hebben onze paalpost ontvangen! En we kunnen vanavond afspreken in Murghab. Leuk. Aangezien het toch koud is, regent en af en toe sneeuwt, korten we onze plannen in. We rijden naar een oud Sovjet observatorium in de Karasu vallei (waar we eerder hebben overnacht). De mist hangt laag en dat maakt alles mysterieus. We komen 1 Kroatische motorrijder tegen die aangeeft dat het verlaten basecamp van het observatorium eruit ziet als een scene uit een Mad Max film. En inderdaad, lege houten barakken met een kapotte vrachtwagen en hier en daar kleidingstukken en hoorns van Marco Polo schapen. Met de sneeuw en mist erbij best een beetje ‘creepy’. We eten snel wat uit de wind en verbazen ons weer over hoe verschillend van kleur en textuur rotsen kunnen zijn. Om 15 uur zijn we terug in het Pamir Hotel en niet veel later arriveren Daan en Clarine. We hebben elkaar veel te vertellen, dus het wordt gezellig en na een warme douche eten we samen. De volgende dag ligt er een dun laagje sneeuw op de auto’s maar al snel komt de zon er door en is het weg.

Openlucht dansuitvoering, Murghab

Karasu vallei


Verlaten basecamp Soviet observatorium

Met Daan en Clarine bij hotel Pamir

Diesel ‘tanken’, Murghab

Container bazaar Murghab

Brood kopen, ja doe maar 2
We ontbijten samen, wisselen nog wat info uit en gaan diesel tanken en naar de container bazaar. Nu een stuk levendiger dan gisteren. We nemen afscheid maar gaan elkaar vast nog tegenkomen in Kirgizië. Ons plan is om eerst naar de zoutmeren bij Rangkul te rijden. Als we er aan komen, is het weer erg guur, het sneeuwt en de weg een stevig wasbord. Geen zoutmeer te zien, wel wat meren met hoge Chinese bergen op de achtergrond. Nodigt niet uit om rond te blijven hangen. We vervolgen de Pamir Highway naar het noorden. We gaan dan de beruchte Ak-Baital pas over van 4600 meter. De auto heeft het zwaar, want met deze hoogte verdwijnt de trekkracht en komt de turbo maar moeilijk in actie. En dan is de weg ook nog nat en modderig. Ongelofelijk dat diverse fietsers dit ook doen, petje af! Na de pas volgt weer een onwerkelijk landschap, een brede vallei met hoge pieken. We hadden bedacht de Bartang vallei aan de oostkant in te rijden. Als we bij de afslag aankomen is de track bedekt met sneeuw. Met de verhalen van vastzittende auto’s in ons achterhoofd en een kapotte standkachel, hebben we daar geen trek in. We komen aan bij het enorme Karakul meer. Het is een prachtig gezicht, zo’n blauw meer met besneeuwde toppen rondom. We rijden het dorpje in op zoek naar een plek om beschut te overnachten. Als we even stilstaan komt er een jonge vrouw op ons af en probeert ons in het Engels te overtuigen dat we vooral bij haar moeten komen. Dan doen we dan maar en ze is er zichtbaar erg blij mee. Het is een zeer eenvoudige homestay, waarbij je in een kamer van de familie kunt overnachten. Wij kiezen ervoor in de auto te slapen maar wel gebruik te maken van diner en ontbijt. Het toilet blijkt een meerpersoons gat in de grond te zijn zonder dak er boven. Voordeel: je ruikt er niets van, nadeel: je wordt nat als het sneeuwt of regent, en je zit altijd naar andermans productie te kijken, boeiend. Afijn, we doen het er mee voor het bedrag van 10 Euro totaal. Er lopen twee kleine kindjes rond, waar ik mee probeer te spelen. Verstoppertje doet het goed bij het wat oudere jongetje. Joost probeert intussen de kachel te resetten (daarvoor moet alles uit de bakken ;-( ). Het werkt helaas niet. In de zon is de temperatuur nog te doen en we lopen een klein rondje. Het is een troosteloos dorp, waar de hoeveelheid drogende koeienvlaaien verraadt dat er veel gestookt moet worden tegen de kou. Als ik met de kindjes op straat sta, komt er pruttelend een Lada met een familie tot stilstand. De kindjes zwaaien naar mij en de vader stapt achteloos uit met een fles slaolie in de hand, lijkt het. Hij giet het in de brandstoftank en verder gaat het spul. Iconisch. De jongens uit het dorp komen in groepjes langs om de auto te bekijken.
Inmiddels komen we er achter dat het een uur vroeger is “Pamiri time”, niet echt officieel maar het verklaart waarom Elvira een uur later exact op het uur met de maaltijd aankomt. Het is erg eenvoudig, maar zeer smakelijk: noodles met gebakken aardappelen erop en een lekkere aangemaakt tomatensalade. Daarnaast natuurlijk brood, boter en thee. Het is zoveel dat we de helft moeten laten staan. Joost gaat binnen een film kijken en ik ga maar in bed liggen vanwege de kou. Ik heb echt alles aan wat ik kon vinden en heb het ’s nachts gelukkig niet koud. (26/6) We gaan er erg vroeg uit en gelukkig schijnt de zon fel. We krijgen rijstsoep met tomaten, brood, boter en thee als ontbijt. Het vult uitstekend!

Pamir Highway boven Murghab

Yes, Ak-Baital pas 4600 mt.

Karakul

Oude caravansarai op weg naar Karakul

Homestay Karakul

Lakel Karakul

De kindjes van Elvira
We nemen afscheid van Elvira en haar gezin, ze bedanken ons uitgebreid. Hier word je heel nederig van, zoals mensen hier leven. Bij het meer komen we een Duits fietsend echtpaar tegen, knap hoor. We gaan nog twee passen over van ruim 4000 meter. De zon schijnt en het ziet er allemaal indrukwekkend uit. Vlak voor de Tadzjiekse grens wordt de weg echt vreselijk. Flinke potholes en bij de douane is het een grote modderpoel. We ontmoeten Daniel en Mark die met een gehuurde Patrol aan het rondrijden zijn. Heel dapper, want er is echt vanalles mis met de auto. Daniel heeft net 3 maanden zijn rijbewijs en begint volgens week als arts (het boek Acute geneeskunde ligt op de voorstoel). Ze hebben er wel lol in, ondanks de kapotte startmotor en continue bezinedamp waar ze in rijden. Ze hebben permanent een steen in de auto omdat de handrem het niet doet. Geniaal. Prettig dus dat we samen het beruchte niemandsland kunnen doorrijden. Tussen de grens van Tadzjikistan en Kirgizië ligt tientallen kilometers niemandsland en de weg is berucht steil, slecht onderhouden en nu ook modderig. Gelukkig gaan we van boven naar beneden, want andersom had ik niet graag gedaan. De douane is aan beide kanten prima te doen en de Kirgiezen kijken niet eens in de auto. Wel helpen we nog even een gestrande Letse motorrijder met starten. Het landschap aan de andere kant is wonderwel anders. Gras, paarden, yurts en ….. warmer! De besneeuwde toppen aan de horizon zijn prachtig. We wisselen wat Dollars en Somoni bij een benzinepomp en eindigen de dag in een alpenweidje naast 3 Duitse overlanders. Heerlijk even zitten in het zonnetje. Helaas begint het snel te onweren en hard te waaien. We draaien de auto in de wind en eten in de auto. Slapen gaat fantastisch in deze temperatuur!

Op weg naar de grens met Kirgizië

350 hek tegen de grens met China

De Patrol in het niemandsland (het ergste gehad)

Kirgizië met blik op Tadzjikistan
Donderdag ontbijten we traag, wisselen nog wat ervaringen uit met de Duitsers (Hilux, MAN truck en Hymer camper) en vertrekken richting Osh. Osh is de tweede grootste stad van Kirgizië met 250.000 inwoners en we hebben wel zin in lekker uit eten en even wat anders. Onderweg laten we de auto grondig wassen, want de rode modder zit tot aan het raam. We vinden een plek bij het Apple hostel, waar ook een Belgisch VW-busje staat. We gaan de stad in en kopen een autoverzekering bij een dame die prima Engels spreekt, en daarna bij de Beeline 2 sim-kaarten (joehoe, 4g!). We drinken wat lekkers bij het Ice cafe en ik Whatsapp met Wendy die 150 km verderop zitten, waar we het beste kunnen gaan eten. We missen Wendy en Wilchard echt op een haar en dat is jammer! We gaan zitten bij Tsarskii Dvor, een bekende eterij. We hebben net een aperitief besteld of via Polarsteps hebben we contact met Koen en Daan: ze zitten in hetzelfde restaurant! Joost zoekt ze op en het wordt en reuze gezellige avond met veel vlees en te veel Georgische rode wijn. Top. Wat een bikkels, die mannen. We nemen een taxi naar ‘huis’.

Met Rob en Koen
Vrijdag branden we de tent uit in de felle zon. We gaan naar de garage van Vladimir om de auto te laten controleren en olie te wisselen. Vladimir loopt onder de auto door en laat gelijk merken dat hij onze veringconstructie achter niet in orde vindt. Hij raadt ons ten zeerste aan er een extra veer tussen te zetten aan beide kanten. Zijn vriend is Rus en spreekt gelukkig Engels. Na enig beraadslaag besluiten we om dat te laten doen, morgen om 10 uur. Ze kunnen nu wel even de olie wisselen. Dat blijkt nog een heel gedoe en het duurt totaal 3 ½ uur. Gelukkig heeft Osh niet veel bezienswaardigheden, dus geen druk om vanalles te gaan zien, ha, ha. We lunchen bij Aztec’s en gaan naar de bazaar, een van de oudste en drukste van Centraal Azië. Omdat het vrijdag is, is het er niet al te druk en we lopen flink rond. Zoveel winkeltjes met dezelfde spullen! Maar wel prachtig fruit, groenten, noten en dergelijke. We rijden in de kokend hete auto naar het hostel en nemen een lekker koel biertje. Lopend gaan we weer naar Tsarskii Dvor, maar helaas is het op een drukke vrijdag erg slecht gesteld met de service. Het duurt lang en er gaat vanalles verkeerd. Gelukkig compenseren ze het op de rekening.
Zaterdag gaat Joost met de auto naar de garage. Ik krijg om 10 uur een appje dat ze samen eerst naar de bazaar gaan om de veren te kopen. Ik blijf in het hostel, doe de was, social media en onze blog. Halverwege de middag ga ik op pad voor het spannendste deel van onze reis: de kapper! Op goed geluk loop ik ergens binnen. Bij de dameskappers hier kun je niet naar binnen kijken en meestal staat er een wasrekje met handdoeken voor. Als ik binnenstap kijken zeker 8 dames met lang haar mij aan. Ze spreken geen Engels, maar als ik aangeef dat ik graag mn haren geknipt wil hebben, dan zegt de eigenares: Yes, yes! En wijst iemand aan. Ik ben spontaan mijn Russisch kwijt, want het vocabulaire voor de kapper heb ik nog niet. Geen probleem, ze wast mn haren twee keer en er gaat conditioner in. Daarna geef ik wat aanwijzingen in het Russisch en ze begint kordaat te knippen. Ik word ook nog mooi geföhnt, 400 som (5,20 Euro) en het ziet er prima uit. Uitgerekend tijdens de knipbeurt belt Joost 3x (!) of ik naar de garage kan komen. Omdat dat een half uur lopen is en 32 graden, neem ik een taxi. Met de chauffeur heb ik wat spraakverwarring en even denkt hij dat ik hem wil huren voor een reis van 4 maanden door de Stans! Bij de garage zijn ze nog druk aan het werk om de twee extra veren in het pakket onder de auto te krijgen. Het ziet er erg goed uit, maar is hard werken omdat er vanalles erg vast zit. De heren monteurs zien er afgepeigerd uit, maar zijn zelf uiterst tevreden over het resultaat en dus wij ook. En dat allemaal voor 129 Euro! ’s Avonds spreken we af met Daan en Clarine die inmiddels ook in Osh zijn. We eten fantastisch en gezellig bij Etno café.

Vladimir maakt de veren glad

Met Daan en Clarine
Zondag nemen we afscheid van de medereizigers in het hostel en gaan op pad, Eerst inkopen doen bij een kleine bazaar en supermarkt in de buurt. Het lijken kleine winkeltjes maar ze hebben echt alles, superleuk. Hier in Kirgizië zien groente, fruit en brood er fantastisch uit. Zeker in Osh komt het erg welvarend over in vergelijking met Tadzjikistan. Dan gaan we, op aanraden van Daan, naar de veemarkt in Uchkun. Natuurlijk arriveren we om 10.30 eigenlijk te laat. De paarden en koeien zijn al verhandeld en er zijn alleen nog schapen over. Daan heeft hier 300 foto’s gemaakt, ik maak er 4, maar ik ben dan ook geen professional. Het is best geinig er even rond te lopen. Ik vraag wat een schaap kost. Dat begint bij 6000 som (80 Euro). Door heel veel dorpjes en stadjes rijden we over een goede weg richting Arslanbob. Onderweg zien we Daan langs de weg staan en er blijkt wat losgetrild. Joost heeft het juiste schroefje voor ze aan boord en we kunnen weer verder. We rijden dezelfde kant op en dus besluiten we op dezelfde plek te gaan staan. Clarine loopt iedere dag zo’n 1 ½ uur voor haar rug en ze nodigt me uit om mee te gaan. We lopen op de bonnefooi door de heuvels langs leuke dorpjes. Eigenlijk heel leuk, want je ziet veel meer. Dit gebied heeft een walnotenbos van 11 ha. en is prachtig. Gelukkig koelt het ’s avonds lekker af en verzorgt vuurmaster Clarine ons lekkere vuur. Halverwege de avond arriveert een enorme Duitse MAN truck, die we onderweg ook al gezien hebben. Op een afstand ziet het er patserig uit, cctv rondom en ’s nachts rondom verlicht. Vanochtend hebben we ze even gesproken. Wat een bijzonder verhaal! Ze hebben 12 jaar met een Mercedes G met een daktent gereisd en hebben nu een carbon opbouw laten maken. We mogen binnenkijken. Ik ga jullie niet vertellen wat er allemaal inzat als vernuft, maar tjonge, we zijn ongelofelijk onder de indruk. De opbouw weegt maar 700 kg! (met Japanse miniwasmachine, elektrisch neerlaatbaar bed, 3 koelkasten, enz., enz.). We schatten totaal 8 a 9 ton Euro. Het is haar verjaardag vandaag, dus we blijven lekker hier en gaan een wijntje drinken daar vanavond! Ben benieuwd wat daar allemaal uit de kast komt, ha, ha. Verder gaan we onze route door Kirgizie grofweg bepalen. Hierna willen we in ieder geval de westelijke hoek doen (daar komen niet zoveel toeristen😋).

Veemarkt Uchkun

Met D&C kamperen bij Arslanbob
Excuses voor het lange verhaal, maar jullie blijven enthousiast reageren, dus ik schrijf lekker door!
Liefs,
Marijke